Driekoningentaart of galette de roi
Vandaag, 6 januari, is het Driekoningen. Driekoningen is een christelijke feestdag waarop wordt herdacht dat de 3 wijzen uit het oosten (ook wel de 3 koningen) bij de pasgeboren Jezus in de stal in Bethlehem zijn aangekomen. Volgens de traditie mag je kerstboom tot Driekoningen blijven staan. Na vandaag is de kerstperiode dus echt voorbij.
Traditiegetrouw vier je Driekoningen met een taart van bladerdeeg en amandelvulling waarin een boon of muntje verstopt zit. Op de taart staat een gouden kroontje. Wie de boon of het muntje in zijn of haar stukje taart heeft zitten, is voor die de dag de koning en mag het kroontje dragen. Vroeger werd het feest volop gevierd. Tegenwoordig voornamelijk in de zuidelijke helft van het land. In bijvoorbeeld Spanje, Italië en delen van Duitsland is het een officiële vrije dag.
Wij hebben vandaag heerlijke Driekoningentaartjes of galettes de roi bij de koffie, maar zonder boon en kroontje. Omdat onze Tommy vandaag 12 is geworden, is hij de koning in huis. Niet dat hij dat normaal niet is, maar toch. Voor hem een extra brokje bij de koffie en natuurlijk een nieuw speeltje.
In onderstaand recept maak ik niet 1 grote maar 3 kleinere taartjes. Wil je toch een grote? Leg de ontdooide velletjes bladerdeeg per 3 op elkaar en rol uit tot 2 lappen waaruit je cirkels van 19/20 cm kunt steken. Een grote taart zal iets langer in de oven moet staan.
Driekoningentaart of galette de roi
Ingrediënten:
- 6 plakjes roomboter bladerdeeg
- 50 gr roomboter
- 70 gr suiker
- 90 gr amandelmeel of gemalen blanke amandelen
- 10 gr bloem
- citroenrasp
- 1 groot ei
- enkele druppels amandel extract
- poedersuiker
- zout
Extra benodigdheden:
- witte boon of muntje om in de vulling te verstoppen
- N.B. zorg dat alle ingrediënten (met uitzondering van het bladerdeeg) op kamertemperatuur zijn
Aan de slag:
- Breek het ei boven een kommetje en roer los.
- Klop de boter en de suiker met een mixer in enkele minuten tot een glad en luchtig beslag. Voeg dan een klein beetje ei toe aan het beslag. Wacht met het volgende beetje ei tot alles goed is opgenomen en het beslag weer glad is. Herhaal dit nog een paar keer. Bewaar een klein beetje ei zodat je straks de bovenkant van de taartjes dun kunt bestrijken.Tip: Het kan zijn dat je beslag ineens lijkt te schiften. Schrik niet, dit is helemaal niet erg en komt straks weer goed. Waarschijnlijk hadden niet alle ingrediënten dezelfde (kamer)temperatuur waardoor ze moeilijker mengen.
- Zet de mixer opzij en roer met een lepel de citroenrasp en de gezeefde bloem door het beslag. Roer daarna enkele druppels amandel extract en vervolgens het amandelmeel erdoor. Zet het amandelbeslag opzij.
- Ontdooi de plakjes bladerdeeg en steek/snij er cirkels van 11cm uit. Leg de bebloemde kant van de cirkels naar beneden. Verdeel het amandelbeslag over 3 van de 6 cirkels en smeer gelijkmatig uit. Hou daarbij 1 cm van de randen vrij. Leg de overgebleven cirkels met de bebloemde kant naar boven op de vulling. Druk de randen voorzichtig aan. Zet de taartjes minimaal 30 minuten in de koelkast om te rusten, op te stijven en goed koud te worden.Tip: Vergeet niet een boon of muntje in de vulling van één van de taartjes te verstoppen.
- Roer een snufje zout door het overgebleven ei en bestrijk de taartjes hiermee heel dun. Let erop dat het ei niet over de randen loopt.
- Versier de taartjes met een mooi patroon. Traditioneel worden de randen met de achterzijde van een mes half ingedrukt en bovenop wordt een rozet ingesneden met een scherp mes. In plaats van een rozet kan je de taart(jes) ook versieren met een mooi patroon van blaadjes. Let op dat je niet door het deeg heen snijdt maar slechts tot halverwege. Maak tot slot in het midden met de punt van je mes een gat zodat de stoom kan ontsnappen.Tip: Zo’n patroon ziet er niet alleen leuk uit maar geeft het bladerdeeg ook de kans te rijzen en uit te zetten op de snijranden. Zonder patroon zou het op willekeurige plaatsen scheuren.
- Bestuif de taartjes heel licht met poedersuiker en leg op een met bakpapier of teflonfolie beklede bakplaat. Plaats de bakplaat in het midden van een op 210°C hete lucht voorverwarmde oven. Zet na 10 minuten de temperatuur terug naar 180°C hete lucht en bak nog eens 10 minuten. Worden de taartjes te bruin? Zet de temperatuur dan gewoon nog ietsje lager.
- Laat de taartjes afkoelen op een rooster.
Eet smakelijk!
Tips:
Nieuw:
Gratis de nieuwste recepten in je mailbox?
Schrijf je hier gelijk in!